- Titel
- Er zijn geen paarden in Brussel
- Auteurs
- Rodaan Al Galidi
- Rachida Lamrabet
- Pat van Beirs
- Do van Ranst
- Michael De Cock
- Illustraties
- Roman Klochkov
- Uitgeverij
- Epo
- Jaar
- 2015
- Pagina's
- 80
Wie het journaal kijkt of de krant openslaat wordt geconfronteerd met verhalen over vluchtelingen. Grote, anonieme vluchtelingenstromen. Maar wie zijn de mensen die hun thuisland ontvluchten uit angst voor oorlog, vervolg en geweld? Wat is hun verhaal? En welk leven willen ze opbouwen België? In Er zijn geen paarden in Brussel maken we kennis met zes asielzoekers. Ze heten Svetlana, Teliwel, Nozizwe, Zaki, Abdulkarim en Mohammed. Ze komen uit Zimbabwe, Afghanistan en Somalië, maar evengoed uit Rusland. In korte verhalen geven schrijvers Rodaan Al Galidi, Rachida Lamrabet, Bart Demyttenaere, Pat Van Beirs, Do Van Ranst en Michael De Cock hun een stem en een gezicht. De verhalen zijn het resultaat van ontmoetingen tussen de auteurs en de jonge vluchtelingen. Het ene verhaal is geschreven vanuit de auteur, het andere verhaal neemt de vluchteling als ik-personage. In weer een ander verhaal schrijft de vluchtelinge een brief aan haar vader. Ieder verhaal heeft een compleet eigen stijl, maar draagt bij aan het grote geheel.
Er zijn geen paarden in Brussel, dus galoppeer ik door de straten gehurkt over mijn pruttelende pizzabrommer.
Vluchtelingenverhalen
Er zijn geen paarden in Brussel bundelt zes vluchtelingenverhalen, opgetekend door zes auteurs en aangevuld met prachtige illustraties. De verhalen zijn zo echt. Zo rauw en eerlijk. Tijdens het lezen raken ze je diep in het hart. Het feit dat mensen zoiets daadwerkelijk meemaken in hun leven is verschrikkelijk oneerlijk. Dat ze zo dapper zijn erover te getuigen siert hen. Zoals Els Keytsman, directeur Vluchtelingenwerk Vlaanderen, in het voorwoord schrijft:
“Het is een bijzonder boek omdat kinderen en jongeren die onbegeleid in België aankomen of aan de hand van hun ouders de vele grenzen naar hier oversteken, het liefst de deur naar dat verleden gesloten houden, ja, zelfs barricaderen. Er is hen al te vaak gevraagd naar het waarom van hun reis, naar de reden van hun vlucht, waarbij er dan gepeild wordt of die reden gegrond is of niet. Om hier te mogen blijven, moeten ze iedere steen waaronder kakkerlakken van verdriet wegkruipen omdraaien.”
Beter dan dat kan ik het niet verwoorden. Er zijn geen paarden in Brussel is een boek dat de lezer de ogen opent. De verhalen zijn maatschappelijk relevant en geven vluchtelingen een gezicht. Ze vluchtten niet zomaar, maar hebben allemaal afschuwelijke zaken meegemaakt. Het feit dat het hierbij gaat om jongeren, maakt de levensverhalen extra pijnlijk om te lezen. Een boek dat wat mij betreft zeker thuis hoort op de literatuurlijst.
De bundel is geïllustreerd door Roman Klochkov. Zijn tekeningen lijken eenvoudig, maar hoe langer je er naar kijkt, hoe meer ze prijs geven. Soms zijn de illustraties al een verhaal op zich. Ze sluiten perfect aan bij de teksten, met enige artistieke vrijheid.
Drie moedige vrouwen
Svetlana, Teliwel en Nozizwe hebben geen gemakkelijk leven. Svetlana ontvluchtte Rusland nadat haar vader, een journalist, na een protestmars in de gevangenis terechtkwam wegens zogezegde geweldpleging tegen politieagenten. In België stond ze er alleen voor. Bij aankomst sprak ze nog niet goed Engels en voelde ze zich vaak eenzaam. Bijna kwam ze in de prostitutie terecht. Ondertussen gaat ze naar school en heeft ze een leven in België. Met af en toe heimwee naar Rusland, dat ook.
‘Weet je, in Antwerpen kun je alles vinden’, zei ze, terwijl ze haar koffie met zulke kleine slokjes opdronk dat het leek alsof ze hem druppel voor druppel tot zich nam. Ze legde mij uit wat ze bedoelde met ‘alles’. ‘Alle talen die er bestaan, en kleren die net in de mode zijn. Als je Antwerpen wilt haten, vind je hier mensen die willen dat je vertrekt. Als je wilt blijven, vind je mensen die willen dat je blijft.’
In ‘De dingen waar ik bang voor ben’ trekt Teliwel ten strijde tegen vrouwenbesnijdenissen. Eerst in eigen land. Ze spreekt in scholen, dorpsraden en moskeeën om meisjes te waarschuwen en hen op te roepen zich te verzetten. Wanneer ze te veel bedreigingen aan haar adres krijgt, vlucht ze naar België. Maar ook daar zet ze haar strijd voort.
Ik zal blijven getuigen over de gruwel die meisjes in sommige delen van de wereld moeten ondergaan. Ik zal nooit zwijgen.
Nozizwe schrijft een brief aan haar vader in Zimbabwe. Ze vraagt zich af waarom vader haar en haar moeder in de steek gelaten heeft. Pas wanneer ze de leeftijd bereikt om te huwen, toont haar vader interesse. Nu is ze immers een bruidsschat waard. Gelukkig voor Nozizwe kan ze uit de klauwen van haar vader vluchten en vindt ze een veilige plek in België.
Drie moedige mannen
Het verhaal van Zaki wordt verteld in ‘Ruiter zonder paard’. Hij heeft ontzettend veel geweld meegemaakt: zo vermoorde de Taliban zijn vader voor zijn ogen. Gek van verdriet schoot hij de moordenaar dood. Vanaf dat moment moet hij vluchten.
Eigenlijk ben ik gewoon een jonge vluchteling uit Afghanistan, die geen vrouwen wil onderdrukken of mooie monumenten opblazen. Ik wil een normaal, goed leven en in Afghanistan was dat niet meer mogelijk.
De Somalische Abdulkarim belandt helemaal alleen in België. Zijn moeder woont nog in Tanzania. Wanneer Abdulkarim in een café een meisje ontmoet die naar Tanzania gaat, probeert hij niet in haar belofte om zijn moeder te zoeken te geloven. Maar dan staat ze maanden later opeens weer voor zijn neus in het Antwerpse café. Mét het eten dat zijn moeder aan haar heeft meegegeven.
In het laatste verhaal, ‘Het is echt wel je dag’, leren we Mohammed kennen. Hij zwerft door de straten van Athene, op zoek naar eten en een toekomst.
Een prachtige bundel over zes jongeren met uiteenlopende achtergronden en levensverhalen. Er zijn geen paarden in Brussel geeft gevluchte jongeren een gezicht. En dat raakt.