- Titel
- Stofzuigen in het donker
- Oorspronkelijk
- Vacuum in the Dark
- Auteur
- Jen Beagin
- Vertaling
- Astrid Huisman
- Roos van de Wardt
- Uitgeverij
- Atlas Contact
- Jaar
- 2020
- Pagina's
- 520
Schoonmaakster Mona is onlangs verhuisd van de Oostkust van Amerika naar New Mexico voor een frisse start. Ze gaat van ongezonde liefdesaffaire naar ongezonde liefdesaffaire en fotografeert zichzelf ondertussen – veelal naakt – in de huizen waar ze schoonmaakt. Helaas was Stofzuigen in het donker niet zo hilarisch als de achterflap het deed voorkomen. De humor was absoluut niet aan mij besteed en ook voor het hoofdpersonage kon ik maar weinig begrip opbrengen. Jen Beagin wisselt zware thema’s als seksueel misbruik en verkrachting moeiteloos af met drugs trips en de liefde voor stofzuigen. Op deze zwartgallige manier levert ze kritiek op onze huidige maatschappij, maar desalniettemin kon Stofzuigen in het donker mij niet bekoren.
Een onaangepaste vrouw
De zesentwintigjarige Mona verscheen voor het eerst op het wereldtoneel in Jen Beagins debuut Pretend I’m Dead (2015), dat op ‘beste boeken’-lijstjes prijkte van O Magazine, Kirkus en The Irish Times. Beagins tweede Mona-roman Vacuum in the Dark verscheen vervolgens in 2018. De Nederlandse uitgave Stofzuigen in het donker bevat beide Mona-romans.
Mona is schoonmaker van beroep. Ze is onlangs naar New Mexico verhuisd voor een frisse start (na een vreemde liefdesrelatie met een junk met de naam Mr. Getver, lang verhaal), maar haar pogingen om haar leven op de rails te krijgen, zijn vooralsnog mislukt. Om te beginnen is er een nieuwe ongezonde liefdesaffaire, ditmaal met de ietwat labiele Mr. Duister – toevallig getrouwd met een van Mona’s schoonmaakcliënten. Dan is er het Hongaarse kunstenaarsechtpaar, ook cliënten, dat kennelijk meer wil van Mona dan alleen een fonkelend aanrecht. Die getroebleerde verhouding doet Mona weer denken aan de minder plezierige kanten van haar eigen jeugd (gescheiden ouders, pleeggezin, lang verhaal).
Mona kon de ironie er nu wel van inzien. Haar vader had de schoonmaker gepaald en nu, dertien jaar later, maakte zij huizen schoon en stak ze haar neus in andermans zaken.
Dit is nu de derde keer in korte tijd dat ik me heb laten verleiden door marketingpraatjes als ‘een van de meest onaangepaste, hilarische hoofdpersonages in de hedendaagse literatuur’. Wat mij betreft past Stofzuigen in het donker in het rijtje van boeken als Je weet dat je dit wil (Kristen Roupenian) en Maak er een feest van (Nicole Flattery). Ik ga me hier niet meer door laten vangen, want ik heb nu toch echt geleerd dat boeken die aangekondigd worden als ‘hilarisch’ meestal niet mijn humor hebben en dat ‘onaangepaste vrouwelijke hoofdpersonages’ en ik absoluut geen vriendinnen zullen worden. Debuutromans van jonge, gewaagde, humoristische schrijfsters zijn misschien gewoon niet mijn genre. Dat kan.
Stiekeme foto’s, een opdracht als naaktmodel en drugs
Mona uit Doen alsof ik dood ben en Stofzuigen in het donker – de Nederlandse vertaling bundelt direct twee Mona-romans – heeft een moeilijke jeugd gehad. Ze is in aanraking gekomen met seksueel misbruik, aanranding en verkrachting. Haar ouders hadden bovendien een gewelddadige relatie en daarom werd ze op een gegeven moment toevertrouwd aan een nicht die ze nauwelijks kende. Hier bouwde ze haar nieuwe leven als schoonmaakster op.
Omdat ze wit en welbespraakt was gingen mensen ervan uit dat ze ook nog iets ‘anders deed dan’. Huizen schoonmaken was duidelijk niet goed genoeg. Of zou het in elk geval niet mogen zijn.
Schoonmaken, en dan vooral stofzuigen, geeft Mona rust. Ze houdt van de regelmaat en het rondkijken in andermans huizen. Tegelijkertijd plakt ze hier voor zichzelf een kunstproject aan vast: ze fotografeert zichzelf in de huizen van haar klanten, soms naakt, soms in kledingstukken die ze daar uit de kasten plukt. Met veel van haar klanten bouwt ze een soort vreemde relatie op. Met de ene persoon neemt ze samen drugs, voor de ander poseert ze als naaktmodel, … Ondertussen wordt ze verliefd op foute mannen als meneer Getver en meneer Duister.
Grof en zwartgallig
Dit klinkt misschien allemaal nog behoorlijk interessant, maar het verhaal deed me niets behalve luidop uitroepen van verveling. Ik vond de vele seksscènes bovendien allesbehalve smaakvol geschreven (“Voor ze het wist had hij haar lievelingsslipje kapotgescheurd en zich bij haar naar binnen geduwd.”), begreep niet waarom Mona zich alsmaar verder in de afgrond wilde laten vallen en vijftig pagina’s naar aanleiding van drollen op onverklaarbare plaatsen in een huis waar Mona schoonmaakt waren me echt te veel van het goede. Ik vond het hoofdpersonage absoluut niet hilarisch, hoewel ze zo wordt omschreven op de achterflap. Mona is eerder egoïstisch, wereldvreemd en social awkward. Maar het boek is niet zo geschreven dat je empathie voor haar voelt.
‘Ben je lesbisch?’ vroeg hij uiteindelijk.
‘Nee,’ zei Mona met volle mond. ‘Ik denk dat ik iets van… driekwart hetero en een kwart pot ben? Of misschien is het andersom.’
Daarnaast is de zogenaamde humor mij te zwartgallig. Ik vind dat er veel te lichtzinnig wordt geschreven over heftige onderwerpen als verkrachting en depressie. Alsof het allemaal alleen maar om te lachen is.
Al zo lang ze zich kon herinneren had ze een doodswens gehad die ze voor zich zag als een touw dat permanent om haar enkel gebonden zat. Het touw hing er vaak slap en levenloos bij, sleepte achter haar aan, of lag in een losse hoop aan haar voeten, maar van tijd tot tijd kwam het heel doelbewust tot leven en wikkelde zich dan strak om haar torso of nek, of kluisterde haar aan iets gevaarlijks, zoals een brug of een bewegend voertuig.
Hoewel Jen Beagin met dit boek zowel het stereotiepe rond de schoonmaakster als onze heteronormatieve samenleving aan de kaak stelt heb ik Stofzuigen in het donker met veel tegenzin uitgelezen. De schrijfstijl, de zwartgallige humor en het veelal kabbelende plot waren helaas niet aan mij besteed.
Met dank aan VBK Uitgevers voor het recensie-exemplaar.
Meer feelgood verhalen
Klik op een cover om mijn recensie te lezen.