- Titel
- Dingen die we verloren in het vuur
- Oorspronkelijk
- Las cosas que perdimos en el fuego
- Auteur
- Mariana Enriquez
- Vertaling
- Peter Valkenet
- Uitgeverij
- Atlas Contact
- Jaar
- 2017
- Pagina's
- 268
Horror verhalenbundel Dingen die we verloren in het vuur kent prachtige fragmenten van een gruwelijke poëtische schoonheid. Mariana Enriquez neemt de lezer met haar grimmige verhalen mee op een wilde reis door de achterstandswijken van Buenos Aires. Een aanrader voor wie van literair griezelen houdt, alsook voor de liefhebbers van Daisy Johnson en Ottessa Moshfegh.
Armoede, achterstandswijken en verdriet
Dingen die we verloren in het vuur opent met ‘Het vervuilde jongetje’. Een luguber verhaal dat zich afspeelt in een arme achterstandswijk in Buenos Aires. Het ik-personage is een vrouw uit de gegoede middenklasse die het heel stoer van zichzelf vindt dat ze in de gevaarlijkste wijk van Buenos Aires woont. Wanneer er een onthoofd jongetje gevonden wordt, denkt de ik-persoon het slachtoffer te kennen. Informatie over de moord is lange tijd spaarzaam. ‘Op het in onbruik geraakte parkeerterrein aan de Calle Solís was een jongetje gevonden, dood. Onthoofd. Het hoofd was naast het lichaam gelegd.’ Daarom fantaseert het ik-personage allerlei gruwelen bij elkaar. Maar overtreft de werkelijkheid haar angstigste denkbeelden?
Mariana Enriquez springt in Dingen die we verloren in het vuur moeiteloos van het ene grote thema naar het andere. Ze schrijft over depressie, drugs en medicatie. Over alcohol, geweld en de dood. Verdwijningen en vermissingen, geestverschijningen en paranoia komen aan bod. Ook voor een moord of ander misdrijf draait ze haar hand niet om. En laten we vooral dat geniale verhaal over de wereld van het Dark Web niet vergeten. Maar Dingen die we verloren in het vuur gaat vooral over ongelukkige mensen. Over vrouwen die lijden onder het gedrag van hun onsympathieke mannen en de patriarchale maatschappij.
’Dat aansteken, dat doen de mannen, liefje. Ze hebben ons altijd al in brand gestoken. Nu steken we onszelf in brand. Maar dood gaan we niet: we gaan onze littekens laten zien.’
Vrouwen die mannen haten
Dingen die we verloren in het vuur is een aaneenschakeling van weerzinwekkende personages. In ‘Pablo sloeg de spijker op zijn kop: een evocatie van Kleintje met de Flaporen’ staat een seriemoordenaar centraal. Het Kleintje met de Flaporen vermoord graag baby’s en jonge kinderen. Op 9-jarige leeftijd probeert hij voor het eerst een moord te plegen (op Ana Neri, een baby van achttien maanden oud). Een creepy en walgelijk verhaal, al valt de ontknoping toch wat tegen.
Net iets vaker zijn er echter dames aan het woord in deze bundel. Veel van hen vinden hun eigen mannen afstotelijk . Zo is het hoofdpersonage in ‘Spinnenweb’ getrouwd met een saaie zeurende man. Een uitstapje met haar nicht Natalia is echter voldoende om van hem af te komen.
Ik voelde weerzin tegen hem. Hoeveel jaar zou ik dat nog moeten verdragen, de afkeer als ik hem hoorde praten, de pijn als we seks hadden, mijn zwijgen als hij uitweidde over zijn plannen om een kind te krijgen en het huis te verbouwen?
Het ik-personage in ‘Ontvleesde lijven’ vindt een schedel in een berg afval en geeft deze de naam Delletje. Ze koopt sieraden en een pruik voor de schedel en plaatst er aromatische kaarsen omheen. Ze praat zelfs tegen Delletje – die ze een plaatsje heeft gegeven in haar slaapkamer. Voor haar vriend reden te meer om haar te verlaten. Als afscheidscadeau stuurt hij haar moeder op haar af. Maar niemand ziet de echte invloed die Delletje op de ik-persoon heeft.
Hij heeft niets met de etherische schoonheid van naakte botten, hij heeft zijn botten verborgen onder dikke lagen vet en saaiheid. Delletje en ik, wij gaan mooi zijn, en licht, en nocturn, en aards; mooi zijn de aardkorsten boven botten. Lege skeletten en balletdansers. Ontvleesde lijven.
Ook in ‘De jaren onder invloed’ zien we eenzelfde thematiek. ‘We wilden licht en bleek als pasgestorven meisjes worden.’ Mariana Enriquez spreekt zich in meerdere verhalen uit tegen de bestaande schoonheidsidealen in de maatschappij en de druk die veel vrouwen hierdoor ervaren.
De schoonheid van de gruwel
Horror verhalenbundel Dingen die we verloren in het vuur kent prachtige fragmenten van een gruwelijke poëtische schoonheid, maar net iets te veel verhalen eindigen wat mij betreft in een anti-climax. Een aantal verhalen voelt zelfs onaf. Wat overigens niet wegneemt dat de rillingen hier en daar over mijn rug liepen en dat het taalgevoel van Mariana Enriquez grandioos is.
Het titelverhaal, dat de bundel afsluit, is echter van een heel ander niveau. Evenals ‘Het huis van Adela’ en ‘Groen rood oranje’, die met kop en schouders boven de rest van de bundel uittorenen. Als alle verhalen met dezelfde finesse waren afgewerkt, was Dingen die we verloren in het vuur absoluut vijf sterren waard.
Wanneer zou de ideale wereld van mannen en monsters aanbreken?
Dingen die we verloren in het vuur is een intrigerende, maar grimmige verhalenbundel die je niet snel zult vergeten. Mariana Enriquez schrijft over ongelukkige mensen in een wereld waarin onschuld niet bestaat. ‘Ongelukkige mensen kennen geen mededogen’, lezen we in ‘Groen rood oranje’. Hetzelfde geldt voor de auteur die de lezer zonder mededogen haar duistere verhalen met een woedende ondertoon voorschotelt. Rillingen over de rug of een naar gevoel in je buik zijn geen uitzondering.
Meer verhalenbundels
Klik op een cover om mijn recensie te lezen.